Reisverslag Gießen 6-8 oktober 2000
Reinhold Schwemmer, producent van de Cab-bike heeft in zijn woonplaats Giessen een "Velomobil Treffen" georganiseerd. Omdat hij en zijn collega German Eslava per Cab-bike in juni vanuit Giessen Cyclevision in Lelystad bezocht hebben kunnen wij natuurlijk niet achterblijven en moeten wel per Quest naar Giessen afreizen.
Op de oproep op de website om mee te reizen reageert Quest rijder van het eerste uur Bram van Sonderen uit Amsterdam. Wegens verplichtingen zoals werk moet er een krap reisschema gehanteerd worden: 2 dagen heen, 1 dag bezoek Velomobiltreffen en 2 dagen terug. Zo vertrekken we donderdagochtend tegen 8 uur met 3 Questen geladen met tent, slaapzakken en enige proviand vanuit Lelystad naar het reisdoel van de eerste etappe, Keulen.
1e etappe: Lelystad Keulen
Wat al me al 4000 km niet meer overkomen is gebeurt net buiten Lelystad: lekke band. Omdat ik hem slordig plak kan ik 1 km verder nog eens uitstappen. Dat schiet niet op met nog 250 km te gaan. Maar daarna komt de gang er in. Ondanks dreigende luchten blijft het droog en we rijden lekker door over de Veluwse tegelfietspaden. Na een korte tussenstop rijden we in één keer door tot net over de grens bij Nijmegen. Het is etenstijd en de eerste 100 km zit erop.
In Straelen (D) worden bij Beyss Kunstoftechnik de body's van de Quest gemaakt. Omdat dit aardig op de route ligt besluiten we spontaan een excursie voor onze klant te organiseren. Wat nog belangrijker is dat er koffie geschonken wordt. Nadeel van fietsvakantie in het najaar is dat het al rond 7 uur donker wordt. Omdat we toch liever bij daglicht de tent opzetten is het om 3 uur de hoogste tijd om weer eens op (in) te stappen en te beginnen aan de laatste 100 kilometer.
Na nog ongeveer 25 kilometer door landelijk gebied gefietst te hebben begint onvermijdelijk het Roergebied met de stad Neuss. Bij Dormagen zien we de Rijn weer en begint het te regenen. En niet zo zuinig. Gelukkig is de weg bekend, we rijden langs de plaats waar we bij het WK ligfietsen in 1997 een week lang gekampeerd hebben. Als we langs de kilometerslange Ford fabrieksterreinen rijden is het al bijna donker. Net na 7 uur bereiken we de camping op de rechter Rijnoever, we hebben dan 256 km met een gemiddelde van precies 30 km/h gereden. De slagboom is dicht, maar een beladen Quest kan er net onderdoor. De camping is geheel verlaten, en blijkt net een dag eerder te zijn gesloten. We hebben geen zin verder te zoeken, dus zetten we toch te tenten maar op. Allert neemt een bad in de Rijn, Bram en ik slaan de wasbeurt maar een keer over. In de pizzeria vlakbij kunnen we bijkomen.
Bergen
De volgende dag is het droog, half 9 gaan we op weg voor de 2e etappe van 160 km. Even doorbijten, maar na 25 km stad zitten we weer tussen de akkers. Je kunt verschillende routes fietsen, we nemen de hoofdweg over Altenkirchen en Herborn, de kortste, maar ook de snelste? Na een lange klim gaan we een stukje naar beneden, 8% volgens de borden. Dat gaat snel in de Quest, 60, 70,80,90. Bij 95 ga ik toch maar remmen. Allert komt me nog voorbij, 101,7 blijkt later. Verderop bij Herborn daal je in 5-6 kilometer bijna 400 meter af. De brede gladde asfaltweg nodigt er toe uit: ik laat me ook gaan tot voorbij de 100. Dan zijn de regendruppels toch wel hard en koud op je voorhoofd. Zo hard rijden is natuurlijk onverstandig. Denk alleen al eens aan wat er gebeurt bij bandenpech. Bram doet het daarom wat rustiger aan, maar tot zijn eigen verbazing blijkt zijn teller toch nog een maximumsnelheid van 84 kilometer per uur geregistreerd te hebben.
Vakantiegevoel
In Herborn rusten we even uit voor de laatste 25 kilometer. We zijn nu van de grote weg af en rijden door een vriendelijk heuvelachtig gebied langs een stuwmeer. De zon breekt door en we krijgen iets van een vakantiegevoel. Met behulp van een vage fax met routeschetsje en de uitleg van een vriendelijke boer bereiken we via een kilometerslange grindweg door het bos ons logeeradres: het Forsthaus in Biebertal. Een aantal gasten is al gearriveerd als we rond 6 uur aankomen. De heuvels halen ondanks de snelle afdaling het gemiddelde toch flink naar beneden tot 25 km/h.. Tot onze grote verassing is er ook de tot tandem verlengde Alleweder te zien. De koffie staat klaar. De douche is erg lekker.
Velomobiltreffen
De volgende dag is het stalend weer maar koud als we vertrekken voor een gezamenlijke fietstocht naar Giessen. We dalen eigenlijk alleen maar, en in de groep wordt rustig gereden. Als we op het gemeentehuis door de burgemeester toegesproken worden heb ik het nog steeds koud. Een kopje koffie had nu beter gesmaakt dan de geserveerde mousserende wijn.
De zon staat al iets hoger als we rond 1 uur in Buseck arriveren bij het kunststofbedrijf arriveren waar de Cab-bike body's worden gemaakt. Alles ziet er keurig uit. Dit kunststofbedrijf serveert naast koffie ook heerlijke belegde broodjes en die vinden gretig aftrek. Op het industrieterrein worden wat rondjes gereden in elkaars fietsen. Er is een Leitra waar ik in pas, en natuurlijk rijden we een rondje in de Alleweder tandem (die helaas voor kleinere mensen gebouwd is). Op de terugweg nemen we nog even een kijkje in de werkplaats van dhr Schwemmer waar 2 cab-bikes klaar staan voor aflevering. 's Avonds staat er een uitstekende pastamaaltijd klaar, iets waar ik al een beetje op gehoopt had, Margitta Hoffmann, de vrouw van Reinhold Schwemmer heeft namelijk een (biologisch) pasta restaurant.
's Avonds wordt er nog wat gesproken over Velomobielen. Er blijken (wat eigenlijk helemaal niet de opzet was van het weekend) vooral fabrikanten aanwezig te zijn: Schwemmer, Eslava en Rudiger van Cabbike, Johan en Andre Vrielink van Flevobike, dhr Noll, Tobias Enke die de Leitra in de toekomst gaat bouwen en de bouwers van de Quest. Wat kan de populariteit van de Velomobiel verhogen? Is hij te duur, moeilijk verkrijgbaar, onbekend bij het grotere publiek, of gewoon kwalitatief nog niet goed genoeg? We komen er niet direct uit.
Cultuurverschillen
Ook blijkt er nog een behoorlijk cultuurverschil tussen de rijders van verschillende Velomobielen te zijn. Als Tobias Enke een "allewederachtige fiets" geringschattend "zo'n fiets waarbij je nat wordt als het regent" noemt wordt een open gesprek al moeilijk. We vragen ons af waarom er geen enkele Leitra's in Nederland rondrijdt. Het is een hele praktische fiets. Te breed? Te duur? Imagoprobleem? Dhr Rasmussen, bouwer en ontwerper van deze fiets heeft er moeite genoeg voor gedaan. In 1993 bij de grote FIETS prijsvraag is hij 2e geworden net achter de Flevobike Alleweder. Het schijnt dat hij het daarna definitief heeft opgegeven de Nederlanders "te bekeren". Ik hoor nog wel een mooie oneliner van Rasmussen: "Wie zijn spieren niet gebruikt verliest ze".
Terugreis
Zondag pakken we weer in voor de terugreis. Na een stevig ontbijt (met het zware Duitse brood) rijden we rond 9 uur weer richting Keulen. Schwemmer heeft ons een andere route aan de hand gedaan waarbij we de heuvels grotendeels kunnen vermijden. Bij Herborn is het even zoeken. De enige weg in het rivierdal lijkt een 4 baans weg, met het bordje verboden voor fietsers. Nadat we vorig jaar al eens met een groepje van 4 ligfietsers op een Duitse autoweg verzeild waren geraakt had ik me eigenlijk voorgenomen niet meer zulke wegen in te slaan (we zijn er toen goed afgekomen zonder ongelukken maar met een boete van 10 DM per persoon). Maar ja, het is rustig op zondagochtend en dit is een weg waar brommers en tractoren ook mogen rijden. Na 2.5 kilometer kunnen we er weer af. Als we daarna de weg kwijtraken brengt een vriendelijke postbode ons per brommer weer terug op de juiste fietsroute. In Nederland kun je wel eens klagen over slechte doorgaande fietsroutes, Duitsland is toch wel een graadje erger.
Het is erg koud in de mist, en ik ben eigenlijk wel blij als de weg omhoog gaat. We maken een flinke klim die als ik beter op de kaart had gekeken omzeild had kunnen worden. Maar warm zijn we nu wel. Voordeel is wel een lange afdaling. De afdaling is ideaal, kilometers lang blijven tussen de 40 en 60 km/h rijden zonder dat er getrapt of geremd moet worden. We zijn wel weer afgekoeld als we onderaan de helling stoppen om the lunchen.
We rijden nu langs het riviertje de Sieg naar beneden, met weinig moeite rijd je door de voortdurende afdaling toch tegen de 40km/h. Dat schiet lekker op. De zon die net door de mist brak verdwijnt echter weer. We pauzeren in een echt Duits café. Ik hoor tussen de Schlagers op de radio de Duitse versie van "Rocky" van Don Mercedes. Jeugdsentiment, wat de gemiddelde lezer van HPV nieuws die 40??!! jaar oud schijnt te zijn misschien wel herkent. We naderen Keulen weer en het begint te regenen. We raken even de weg kwijt en koersen dan maar richting Rijn. Het fietspad eindigt in een trap, we moeten dus even uitstappen en tillen, maar zitten wel weer op de bekende route. Helaas stopt het nu niet met regenen als we de tent op de (gesloten) camping opzetten. De route is ongeveer 35 km langer dan die van de heenweg, maar door de hogere snelheid doen we er ongeveer even lang over. Bovendien gaat de route over rustigere wegen, wat veel prettiger rijdt.
's Avonds als we uitbuiken van de schnitzel met friet komt een jongen het café binnen die zegt dat andere jongens met 1 van onze "Liegeräder" heeft zien slepen. De Quest van Bram blijkt niet meer te staan waar hij is neergezet, maar staat gelukkig ongeschonden om de hoek van de straat. Kwajongensstreek dus. Op vakantie ben je vaak veel te nonchalant. De fietsen stonden gewoon zonder slot aan de straat, terwijl ze best op de binnenplaats van het café konden staan. Daar zetten we ze nu dus maar neer. Om van de schrik te bekomen drinken we nog maar een schnaps.
De volgende ochtend is het droog. Net als de weg dood loopt op een bouwterrein in Keulen Noord krijgt Allert een lekke band . Ik gebruik de tijd die Allert aan het plakken is om te weg te vragen en spoedig zitten we weer op de goede route. Het weer knapt op, en de zon breekt door. Het blijft wel fris, maar dat geeft niet in een Quest. Ideaal herfstweer, frisse lucht, zon, wolken, windje in de rug. De weg is nu bekend en we rijden vlot door. Omdat we in Wageningen nog even op familiebezoek gaan zijn we nu wat later dan op heenreis. Het wordt al donker als we in de Flevopolder ter hoogte van Nijkerk afscheid nemen van Bram die doorfietst naar Amsterdam. We snorren nog even door in de polder over bekende wegen en zijn net na achten weer thuis. 270 kilometer met een gemiddelde van 31.5 km/h staan er op de teller. Fietstijd is een werkdag met slechts 3 kwartier overwerk.
Terugblik
We kijken terug op een prettig (lang) weekend. Fietsvakantie buiten het seizoen blijkt goed te doen. We hebben wel lange fietsdagen gemaakt, maar het was toch te koud om tussen de middag een uurtje in het gras te gaan liggen. Het rijden in de bergen heeft ons geleerd dat de remmen van de Quest eigenlijk niet hiervoor geschikt zijn. Omdat de afdalingen niet zo lang waren ging het nog wel, maar ik zou niet zonder verdere maatregelen een Alpenpas willen afdalen. Het probleem is de lage luchtweerstand. Je kunt niet zoals op je racefiets even rechtop gaan zitten als het te hard gaat. Remmen met meer warmteafvoercapaciteit zoals schijfremmen kunnen wel helpen, maar zijn waarschijnlijk ook niet afdoende voor lange steile afdalingen met veel bochten.
Remmen
Als je met een auto niet op je motor remt bij lange steile afdalingen krijg je ook oververhitte remmen. Omdat je met je fiets niet op de motor kunt (of wilt?) remmen moet je wat anders verzinnen. Zelf denken we aan een kleine remparachute. Je pakt het probleem bij de bron aan: de lage luchtweerstand wordt verhoogd. Een remparachute is licht, geeft weinig kans op mechanische storing en is eenvoudig te bedienen door hem uit het instapgat te gooien en weer binnen te halen. Voor de fijne dosering en het remmen voor bochten is de capaciteit van de trommelremmen voldoende. We houden u op de hoogte van de ontwikkelingen.
Fietsen in Duitsland
De Duitse fietspaden zijn nog steeds niet gemaakt voor doorgaand fietsverkeer. Soms laat je je verleiden door een mooi asfaltstrookje, eindigt het toch weer in het niets. Vaak hebben we dus gewoon op de rijbaan gereden. En dat heeft eigenlijk niet tot problemen geleid met het overige verkeer. We zijn in de 900 km niet een keer van de weg getoeterd! Personenauto's kunnen dan op de brede rijstroken ook gewoon inhalen, ook met tegenliggers.Vrachtwagens bleven netjes achter ons tot ze konden inhalen. Of zou dit komen omdat onze Questen niet als fiets werden herkend? Als we ergens stopten en er wat gevraagd werd over de fiets bleken namelijk de meeste mensen te denken dat het elektro auto's waren. Blijkbaar wordt deze voertuigen wel een plaats gegund op de weg. En is het gevaarlijk om op de rijbaan te rijden? Volgens mij vallen de gele fietsen voldoende op. De laatste paar kilometer in het donker door het "fietsveilige" Lelystad met gescheiden wegen voor fietsen en auto's heb ik door bijna aanrijdingen met fietsen en brommers zonder verlichting als de onveiligste van de hele reis ervaren.
Groeten, Ymte Sijbrandij